kinderen

niet vergeten groenten

Het is inmiddels 25 jaar geleden maar ik kan het me nog perfect voor de geest halen: de manier waarop mijn toen 2 jarig zoontje, stevig ingeduffeld in een rood winterjasje met muts en sjaal aan mijn vaders zijde door de tuin stapte. Het natte gras deed zijn blauwe laarsjes glimmen.

De groentetuin was mijn moeders trots. Je vond er de alledaagse gekende groenten maar ook de groenten die we tegenwoordig onder “vergeten groenten” catalogeren. Aardpeer, koolrabi, rammenas, rode bietjes, snijbiet, rabarber…..we hadden het allemaal. Kind zijnde besefte ik niet welke rijkdom er toen op mijn bord lag.

Ik kan me de smaak van verse groenten uit de tuin nog levendig herinneren. Zo anders, veel smaakvoller dan de groenten die je tegenwoordig in de supermarkt koopt. Ze krijgen geen tijd meer om te groeien vermoed ik. Hoe zou het dan gesteld zijn met de voedingswaarde, vraag ik me af…..

De peutertaal van mijn zoontje was bijzonder lachwekkend, hij praatte erg schokkerig, tussen elke lettergreep nam hij een pauze. Toen dachten we dat het nooit meer goed zou komen met zijn taal, dat een logopedie abonnement zo goed als zeker zou volgen. Gelukkig is alles vanzelf goedgekomen.

“O-paaa, zijn e nog wo-te-tjes?” vroeg hij sterk articulerend.

Opa glimlachte, nam hem bij de hand en samen stapten ze naar het wortelbed. “Welke wil je hebben?” vroeg mijn vader. Zijn vingertje wees richting een kleine wortel die een stukje boven de aarde uitstak. Mijn vader trok voorzichtig de wortel uit de aarde en wreef hem schoon tussen zijn handen. “Nu nog even afspoelen bij oma in de keuken en dan mag je hem opeten.” Met de wortel stevig geklemd in zijn handje stapte hij fier naar binnen en gaf hem aan zijn oma die de wortel onder stromend water afspoelde.

Even later zat hij, zijn korte beentjes bengelend op een grote mensen stoel te genieten van een smaakvolle verse wortel.

Was hij binnen onze familie de laatste generatie om te genieten van een wortel vers uit de tuin? Het zou mij verwonderen indien er alsnog een even groot tuintalent als mijn moeder zou opstaan.

overrompeld

Wat een week was dit????

Zoveel gebeurtenissen samengepropt in enkele dagen, een ware rollercoaster van gevoelens en ideeën.

Eerst de goed nieuws mededelingen: ik word dit jaar twee keer oma! Eén keer bij de zoon en schoondochter en één keer bij de plusdochter en haar partner. Ik voel warempel gevoelens ontwaken waarvan ik dacht dat ik ze nooit meer zou voelen, is de koele Els echt aan het smelten? Ja hoor! Ik smelt van trots, blijdschap en liefde voor het ongeboren leven!

Op dinsdag heb ik vroegtijdig mijn werkshift moeten afbreken, ik voelde me ziek. Maar dan echt ziek hè. Ik ben geen watje en geef niet snel toe aan een ziek gevoel maar in deze tijden ben ik uiterst voorzichtig. Ik voelde mijn toestand uur na uur verslechteren. Huisarts gebeld, onmiddellijk aangeschoven bij het COVID-19 testcentrum en met zo’n wisser aan mijn hersenen laten kietelen (zo voelde het althans). Volgende dag uitslag: positief. Dit was het begin van mijn 10 daagse isolatie. De eerste dagen waren absoluut geen lachertje. Vandaag (dag 6)voel ik een evolutie in de goede richting. Hopelijk lukt het me om volgende week weer aan de slag te gaan.

En wat doe je als je ganse dagen thuis zit? Afstand nemen van je job en denken…. over die job. Over hoe ik mijn lichaam en geest stilaan kapot maak, over slaapproblemen, over gestresst door het leven gaan, over bang zijn om in het slaap te vallen achter het stuur, over het gevoel van mezelf niet meer te kunnen motiveren om ’s morgens blij gezind van huis te vertrekken, over het gevoel dat er meer in mij zit waar geen gebruik wordt van gemaakt, over het gevoel dat mijn leergierigheid niet bevredigd wordt.

En dan wordt er gepraat met mijn partner: “Blij dat je het eindelijk inziet, ik heb het je toch al langer gezegd, je bent jezelf aan het uitputten en dat eist zijn tol.” Oké, zover waren we, we erkenden allebei het probleem. Maar wat is de oplossing?

Thuis blijven en mee in de fietsenzaak stappen? Dat zou betekenen dat ik fulltime zou moeten samenwerken met mijn partner….nee, doe ik niet. Met zo’n spring-in-‘t-veld zou ik geen minuut innerlijke rust kennen.

En toen was er een idee dat de aanzet gaf tot de geboorte van mijn kindje . Zakelijk kindje welteverstaan. Een extra activiteit onder de bestaande fietsenzaak. Een activiteit die ik volledig zelf zal kunnen leiden. Ik lijk mijn enthousiasme terug gevonden te hebben. Later geef ik hier meer details over.

Dat gebeurde dus allemaal tijdens de voorbije week. Wat zeg ik, het gebeurde binnen een tijdsbestek van 5 dagen: verwachtingen en beslissingen die een invloed zullen hebben op mijn verdere leven.

Eén ding staat vast: dit jaar staan er nog spannende dingen te gebeuren, ik kijk vol verwachting vooruit!

10 vingertjes en 10 teentjes

Iedereen weet dat een baby 10 vingertjes en 10 teentjes heeft, dat een baby een wonder is, dat het bedje na de geboorte van een baby niet meer leeg is ….. de teksten op geboortekaartjes vertellen meestal niets nieuws.

Ik vond destijds dat mijn pasgeboren dochter een tekst met betekenis op haar geboortekaartje verdiende. Dus ging ik op zoek en vond onderstaand tekstje wat ik dan ook liet plaatsen:

Het is een tekst waar ik nu nog volledig achter sta. Wat zeg ik? Met het verloop der jaren ben ik er steeds meer achter gaan staan. Het rare is dat ik destijds geen enkele reactie op het tekstje kreeg, geen positieve maar ook geen negatieve. Begreep men het niet? Was ik het te ver gaan zoeken? Was het te ‘speciaal’?

Daarom wil ik nu, 28 jaar later, voor diegenen die destijds bij het lezen van de tekst bedenkelijk keken of hun ogen wegrolden de woorden even verduidelijken.

Ik denk dat iedereen in aanleg over een pakket eigenschappen en talenten beschikt. Als kind ben je jezelf daar nog niet bewust van. Het leven is een ontdekkingstocht, een zoektocht naar jezelf. Aan jou om jezelf te ontdekken, niemand kan dit voor jou doen. Je ontdekt welke deuren open gaan en welke dicht blijven. Daarvoor moet je durven, proberen en lessen trekken uit de resultaten. ‘Ja’ zeggen en kansen grijpen maar ook ‘nee’ durven zeggen en oude banden verbreken.

Deze zoektocht verloopt niet voor elk kind op dezelfde manier. Soms wijkt die weg af van wat je als ouder voor je kind voor ogen had en kan dit tot conflicten leiden. Zoals mijn zoon die net voor het beëindigen van zijn middelbare school besliste dat hij niet meer naar school wilde. Op dat moment vond ik het een drama. Achteraf bleek dat de school verlaten voor hem wel de juiste weg was.

Het ene kind zal in rechte lijn op zijn doel afgaan, het andere zal via een omweg en misschien wel na verschillende keren rechtsomkeer gemaakt te hebben in een doodlopende straat zijn doel ook bereiken.

Elkeen doet het op zijn eigen manier en zijn eigen ritme, beide wegen zijn waardevol.

Samengevat is dit de boodschap die ik aan mijn dochter (en mijn zoon ook natuurlijk) bij haar geboorte wou meegeven:

Ik geef jou de mogelijkheid om de zoektocht naar jezelf te ondernemen op jouw wijze en op jouw tempo, om zo diegene te worden die je in aanleg bent.

Samen

Op het scherm van mijn rinkelende gsm verschijnt de naam van mijn 27-jarige dochter.

“Hey Emilie, alles oké met jou?”

“Ja hoor mama, alles oké, wat eten jullie vanavond?” bracht ze in één adem uit. Zo ken ik haar, dat is op en top mijn dochter. Als er te eten valt is ze er als de kippen bij. Het is een plezier om haar te zien genieten van eten. Net haar mama 😄

Maar deze keer is het anders. Deze keer gaat het niet zozeer over goesting om te komen eten maar is er meer aan de hand. Ik hoor het in de toon van haar stem. Waarschijnlijk heeft ze nood aan gezelschap. Sinds ze op zichzelf woont gebeurt dat vaker. Begrijpelijk, het was voor haar een grote stap.

Niks mis mee, dan wordt mijn moederhart wakker en is het tijd voor wat verwennerij.

“Wat wil je dat ik klaarmaak?”

“Maakt niet zoveel uit, iets gezond.” antwoordde ze.

“Wat denk je ervan als we samen inkopen gaan doen?”

“O ja, goed idee, dan beslissen we tijdens het winkelen wel wat we gaan klaarmaken.”

En zo gebeurt het regelmatig dat je ons samen ziet winkelen. Alle tijd nemend om nieuwe producten te keuren en te ontdekken. Al winkelend krijgt het menu meer en meer vorm.

Om uiteindelijk thuis te komen en samen, met de nodige creativiteit, een gezonde maaltijd te bereiden. Om vervolgens samen aan tafel te gaan.

Samen…daar draait het toch om? Want eten smaakt het best als je het deelt met mensen die je dierbaar zijn!

Herinnering

Ik heb het steeds belangrijk gevonden dat mijn kinderen snel zelfredzaam in het leven zouden staan.

Alleen met de fiets naar school rijden, gaan winkelen of met een lijstje in de hand naar de frituur, enz….. Leren koken hoorde daar ook bij.

De kinderen moeten zowat 2,5 en 4 geweest zijn toen ik twee stoelen bij het fornuis schoof zodat ze in de potten konden roeren. Het eerste wat ik ze leerde was vanillepudding maken. Achteraf bekeken was dat vrij hoog gegrepen want de eerste pogingen verliepen, hoe zal ik het zeggen…nogal klonterig. Maar al doende leerden ze snel. Het menu werd al gauw uitgebreid met ander lekkers zoals pannenkoeken, cake, gewonnen brood, spaghettisaus,…..kwestie van ze te blijven motiveren.

Nu zijn de kinderen volwassen en hun interesse voor eten en koken hebben ze nog steeds. Ze koken graag en goed. Ja, ook de zoon draait zijn hand niet om voor het maken van een witte saus of het bakken van een taart. De lasagne van mijn dochter smaakt als de beste.

Met de komende feestdagen in zicht verheug ik me er al op om de kinderen samen rond de tafel te hebben. Om ze te zien genieten van het samenzijn en natuurlijk ook van het eten.

Mijn gedachten dwalen af naar de dag, 25 jaar geleden, dat ik de eerste keer 2 stoelen bij het fornuis schoof. Dat moet het moment geweest zijn waarop ik de aanzet heb gegeven tot hun liefde voor eten.

Foto: Els, Gierle 1993 (Emilie 2,5 jaar)

het bewijs

Jawel, het bewijs is weer eens geleverd dat mijn dochter en ik zeer gelijkend zijn:

img_5241

De pakjeskoerier was net de deur uit toen mijn dochter binnenviel om ons een bezoek te brengen.

Haar nieuwsgierige blik ging onmiddellijk naar het mooi ingepakte doosje op de tafel.

“Oh, een pakje?”

“Ja, voor mezelf, online gekocht.”

“Nieuwsgierig? Maak dan maar open!”

…….

“t Is ni waar hè mama…..”

“Ik heb net dezelfde!”

Mijn dochter mag dan niet mijn cupmaat hebben, ze heeft wel dezelfde goede smaak als haar moeder, zoveel is duidelijk 😉

geluksmomentje, 25j later

Ik lig op bed.
Naast mij een baby, mijn kindje.
Zo klein en kwetsbaar.
Bolle babywangetjes, een levendige om zich heen kijkende blik, 
gesloten vuistjes en trappelende beentjes.
Je bent blij.
Ik kijk je aan en blijf kijken, ik geniet.
Ik kan het nog steeds niet vatten, dit wonderlijke wezentje is er 
door mij gekomen.
Mijn vinger raakt je handje aan, je vuistje opent zich en omklemt 
mijn vinger.
Ik duw mijn aangezicht zachtjes op je buik en blaas erop.
Je maakt een lachend geluid en je handjes grijpen stevig in mijn 
haren.
"Auw, auw"
Je lacht nog luider, je schatert het uit.
Met een paar vingers streel ik over je zachte huid.
Je wordt er helemaal rustig van.
Oogjes vallen af en toe dicht.
Je ademhaling wordt rustiger.
Je slaapt...

Het dringt tot me door hoe bijzonder dit moment was.
Ik beloof mezelf om dit nooit te vergeten.
Ik probeer het blijvend op te slaan door het een apart plekje in mijn geheugen te geven, zodat ik het nooit vergeet.
En kijk, 25 jaar later is dat geluksmomentje er nog steeds.

moeder

Ik ben geen moedermoeder, geen knuffelmoeder, geen moederkloek die haar kinderen steeds dicht bij zich wil hebben. Ik wil niet constant weten waar de kinderen zijn, wat ze doen, ik wil ze niet controleren, ik heb totaal geen bezitterig gevoel over mijn kinderen.

Andere moeders zijn er kapot van wanneer hun kroost het nest verlaat maar ik had er weinig moeite mee toen de kinderen op zichzelf gingen wonen. Dat is een logisch gevolg van het zelfstandig worden, en zo is het goed, denk ik dan. Het feit dat ze volledig op eigen benen staan in deze moeilijke tijden geeft me voldoening en fierheid.

Sommigen zullen mijn reactie nu wellicht als ‘koel’ omschrijven en mij een raar persoon vinden maar begrijp me niet verkeerd, ik hou echt van mijn kinderen.

En in het geval dat je eraan twijfelt: een koele persoon ben ik zeker niet. De warmte is gewoon niet altijd zichtbaar aan de buitenkant. Volgens mij loopt er iets mis met de communicatie van mijn binnenkant met mijn buitenkant want diep vanbinnen is er wel een warm vuurtje!

Knuffelen bijvoorbeeld zit er niet echt in bij mij. Met lichamelijke nabijheid heb ik wel eens moeite. Ook met mijn kinderen. Het lijkt of ik het nooit geleerd heb, dat ik steeds in een bubbel zit waar slechts een zeer beperkt aantal mensen in toegelaten wordt.

Als kind was dit ook al duidelijk. Zo speelde ik nooit met poppen. Rollenspelletjes zoals ‘vadertje en moedertje’ waren niet aan mij besteed. Toen was ik al een eenzaat en speelde ik liever alleen, of zat ik rustig in een hoekje met een boek.

Misschien lijd ik wel aan S.K.D  Sociale Knuffel Deficiëntie of mis ik gewoon het knuffelgen….

Het zou best kunnen dat, mijn voor de buitenwereld , koele reactie een soort van onbewuste bescherming is om mezelf af te sluiten voor situaties en invloeden die me diep raken. Dat ik hooggevoelig ben speelt hier ongetwijfeld een rol in.

In tegenstelling tot de relatie met mijn kinderen ben ik binnen de relatie met mijn partner best wel lichamelijk. Raar hoor, die tegenstellingen in mijn gedrag. Ik geraak er zelf niet wijs uit..

Maar moet dat wel? Eigenlijk wil er ook niet al te veel bij stilstaan. Ik ben gewoon wie ik ben. Mensen stop je niet in vakjes.

Als er ooit kleinkinderen komen wordt het misschien een nieuwe start. Want kleinkinderen zijn, volgens de verhalen die ik hoor van kersverse opa’s en oma’s, onweerstaanbare knuffelbeertjes.

Misschien word ik toch nog een echte knuffeloma, en haal ik mijn schade dubbel en dik in.

Wat ik voel omschrijft Khalil Gibran perfect in onderstaand gedicht, wat ik o zo mooi vind: 

Je kinderen zijn je kinderen niet. 
Zij zijn de zonen en dochteren van 's levens hunkering naar zichzelf. 
Zij komen door je, maar zijn niet van je, en hoewel zij bij je zijn, 
behoren ze je niet toe.
Jij moogt hun geven van je liefde, maar niet van je gedachten, want zij 
hebben hun eigen gedachten. 
Jij moogt hun lichamen huisvesten, maar niet hun zielen, want hun zielen toeven in het huis van morgen, dat je niet bezoeken kunt, zelfs niet in 
je dromen. 
Je moogt proberen hun gelijk te worden, maar tracht hen niet aan 
je gelijk te maken. 
Want het leven gaat niet terug, noch blijft het dralen bij gisteren. 
Jullie bent de bogen, waarmee je kinderen als levende pijlen worden weggeschoten. 
De boogschutter ziet het doel op de weg van het oneindige en hij buigt jemet zijn kracht, opdat zijn pijlen snel en ver zullen vliegen. 
Laat het gebogen worden door de hand van de boogschutter een vreugde voorje zijn: want zoals hij de vliegende pijl liefheeft, zo mint hij ook de 
boog die standvastig is.
Khalil Gibran

de koffer

In mijn huis staat een koffer.

Geen gewone koffer. Hij is de ultieme uiting van mijn liefde voor oude spullen.  Ik redde hem enkele jaren geleden op het nippertje van een oneerbiedwaardige dood op het stort.
De bewuste koffer is bijna 50 jaar oud. Hoe ik dat weet? Mijn moeder kocht hem destijds speciaal om naar ‘het moederhuis’ te gaan en daar na vele lange, pijnlijke uren van mij te bevallen.

Het is geen sjiek lederen exemplaar. Hij is eenvoudig, net zoals de toenmalige eigenares. Intussen is hij voor mij een verzamelplaats geworden van voorwerpen die met mijn familie te maken hebben. Spulletjes die ik niet graag kwijt zou geraken, dingen met een ziel. Ik hou ervan om zo’n, dikwijls onbenullige oude dingen, te bewaren. Dit tot ergernis van mijn partner. Uiteindelijk hebben ze geen enkel nut meer, en toch….ze prikkelen mijn fantasie, ze verbinden mij met het verleden, ze verzadigen mijn neiging tot verzamelen. Alleen daarom hou ik ze.

De koffer lijkt van geperst karton. Zowel aan de binnen-als buitenkant is hij bedrukt met een motief. Het sluitwerk alsook het handvat zijn van metaal. Hij heeft verstevigde hoeken. Binnenin kleeft er een door mijn moeder geschreven adresetiket. Het adres waar ik ben opgegroeid.

Ik maak hem regelmatig open, op zoek naar de verhalen die bij de voorwerpen horen en die hij zorgvuldig in zijn binnenste bewaard. Verhalen over mijn voorouders, over hun manier van leven, verhalen die me iets zeggen over hun werk, hun persoonlijkheid.

Ik laat jullie eens meekijken, je ziet o.a. dagboeken, een oude Libelle (let op de tennisgaine 🙂 ), foto’s van mijn ouders, grootouders en overgrootouders, plakboek van mij, spiekbriefjes van mijn broer die een hekel had aan de school, grootmoeders recepten, opstel van mijn moeder (1952), communiefoto van mij…

Testje: weet iemand waartoe de rolletjes in het kleine houten kistje dienen? Ik weet het ondertussen, maar wist niet dat het bestond.

SAMSUNG DIGITAL CAMERA SAMSUNG DIGITAL CAMERA SAMSUNG DIGITAL CAMERA SAMSUNG DIGITAL CAMERA

SAMSUNG DIGITAL CAMERA

SAMSUNG DIGITAL CAMERA

SAMSUNG DIGITAL CAMERA

SAMSUNG DIGITAL CAMERA

SAMSUNG DIGITAL CAMERA SAMSUNG DIGITAL CAMERA

Het is zover….

 

Het is zover, ik ben genomineerd voor de Ice Bucket Challenge. De nominaties kwamen dichter en dichter in mijn buurt en waar ik voor vreesde werd waarheid.

Genomineerd door mijn dochter, van je kinderen moet je het hebben…. Emilie, verdorie, ge doet mij wat aan! Kinderen die hun ouders pesten, het bestaat wel degelijk  🙂

Filmpje van mijn stoere dochter:

https://www.facebook.com/video.php?v=10204723289021994&set=vb.1229831931&type=2&theater

Nu moet je weten dat ik helemaal niet van water hou. Vroeger, op de lagere school, heb ik tijdens de zwemles in het Leuvense zwembad meer tijd doorgebracht verstopt achter de grote pilaren van het zwembad dan in het water. Doodsbang om te verdrinken, nu nog. Douchen lukt nog net (omdat dat af en toe toch eens moet). Toch is het me uiteindelijk gelukt om te leren zwemmen. Als je het zwemmen kunt noemen natuurlijk. Ik noem het de ‘permanent slag’. Schoolslag met je hoofd boven water zoals de oudere dames die pas een permanent laten zetten hebben.

Ik ga nu niet flauw doen of zeggen dat ik uit principe niet ga meedoen of dat ik bang ben, nee, ik ga het gewoon doen!

Alhoewel, ik kijk er niet naar uit….. nee zeggen is natuurlijk gemakkelijker. Maar we gaan voor de uitdaging!

Onmiddellijk rijzen er al enkele praktische vragen op:

  • wie gaat dat filmen?
  • wat trek ik aan zodat het niet lijkt op een miss wet t-shirt verkiezing?
  • heb ik nog waterproef mascara?
  • wie ga ik nomineren?
  • zou ik stiekem geen lauw water nemen i.p.v. koud water?

En dan nog andere vragen zoals:

  • wie gaat mij zien?
  • ga ik niet gillen?
  • ga ik niet uitgelachen worden?

Wordt vervolgd ergens op het einde van de week, eerst een paar dagjes vakantie. Ik heb dus nog even de tijd om er over na te denken en me mentaal voor te bereiden.

Of me te bedenken…..wie zal het zeggen?